Recreëren in de natuur werd een nieuwe dimensie in vakantieland, genieten van de eenvoud en het mooie wat de natuur ons biedt.
Het park is ontwikkeld in en rond een Natura 2000 gebied. De opzet aan de rand van de Grevelingen is zeer uniek te noemen. Het aanleggen van het park in de eerste fase van de bestaande habitat was de bestaande beplanting rooien maar behouden. De Punt van Goeree is een natuurgebied aan de zuidpunt van het vroegere eiland Goeree, op Goeree-Overflakkee, in de Nederlandse provincie Zuid-Holland. Na de afsluiting van de Grevelingen in 1971 verdween het getij. Door de wind werden stuifduintjes gevormd en ontstond een nieuw duingebied. Om het zand vast te houden werd helmgras geplant en gras ingezaaid. De oevers van de Punt van Goeree bleven slikkig. Met veel wind worden ze overspoeld met zout water. Daarom komen er langs de oever nog zoutminnende planten voor, zoals zee aster en melkkruid. De hoger gelegen gebieden zijn begroeid met planten zoals wilgenroosjes, heel blaadjes, rolklaver en koninginnenkruid.
De struiken die hier voorkomen zijn duindoorn, vlier, braam, liguster en kardinaalsmuts. In 1974 werd een bos aangelegd en aan het begin van de jaren tachtig werden er vijf duinmeertjes gegraven. Deze vulden zich met water uit de omringende duinen en met regenwater. Diverse watervogels komen hier drinken, voedsel zoeken en broeden. Om de vogels rust te gunnen en ze toch te kunnen bekijken, zijn er kijkschermen geplaatst rond de meertjes. In het bos is een observatie hut die uitkijkt over het slik de Kil en de Preekhil polder. Aan de oostelijke kant van de Punt van Goeree is een strand aangelegd voor oeverrecreatie, terwijl aan de westkant gesurft kan worden en een catamaran vereniging is gevestigd. Er is 150 hectare ingericht als natuur- en recreatiegebied. Op de Punt van Goeree is sinds 1988 het trammuseum van de Stichting voorheen RTM gevestigd, met een museumtramlijn richting Port Zélande. September 2014 is men begonnen met de realisatie van Oasis Punt-West.
In totaal staan er 72 strandvilla’s en 20 kleinere suites. Het park is ontwikkeld in en rond een Natura 2000 gebied. De opzet aan de rand van de Grevelingen is zeer uniek te noemen. Het aanleggen van het park in de eerste fase van de bestaande habitat was de bestaande beplanting rooien maar behouden. Het werd uitgegraven, in grote plaggen en geplaatst in compost bedden (hier kon de bestaande beplanting in door wortelen). Een jaar lang ging de beplanting in een soort quarantaine. Ondertussen werden de baaien uitgegraven, duinruggen gevormd en plaggen teruggegeven aan de natuur. In werkelijkheid werd natuur gecompenseerd met natuur door bestaande natuur te hergebruiken in een andere samenstelling. Doordat deze zoute zand gronden geen capillaire werking heeft werden er andere toepassingen bedacht om de beplanting die in quarantaine stond te kunnen laten doorgroeien. Door de groendaken op de woningen vallen die min of meer weg tegen de achtergrond, zo gaat het natuurlijk op in de omgeving.
Met behulp van mycorrhiza een organische schimmelwerking die ervoor zorgt dat er schimmeldraden gevormd worden helpen we de plant met aanslaan in deze zeer extreme omstandigheden. De schimmeldraden boren zich in de wortels van de plant en voorzien ze op die manier voorzien van water en voeding. Op deze manier is er nauwelijks uitval geweest van de bestaande Habitat. De heesters en kruiden die er dus van nature groeien leverden een enorme voorsprong op. Dan dat je met jonge nieuwe beplanting zou moeten starten. De bestaande plaggen zijn aangevuld met Helm planten wat daar zeer goed gedijd en direct een gave duinstijl en gevoel geeft. Helm is echter wel een pioniersplant, en als dit niet van nature bestuift (zoals dit in de duinen aan zee wel gebeurd) zal hier in het beheer wel rekening mee gehouden moeten worden. Door middel van plukken of snoeien kun je de plant ook verjongen en anders zal deze op termijn verdwijnen of overgenomen worden door andere beplanting, zoals dit altijd het geval is bij een pioniers plant. Er werd tijdwinst geboekt door de voeding vanuit de compostbedden en vocht vanuit de grond waardoor de beplanting kon floreren.
De duinbedden werden verder beplant met de pioniersplant helmgras. Inheemse originele beplanting en helm dat van nature aan de kust voorkomt werd het uitgangspunt om een zo natuurlijk in het landschap opgaand recreatiepark te ontwikkelen. De werkwijze van Genius Loci. Er ontstond een mix van bestaande kruiden, in het duingebied. De bebouwing van de woningen is volledig opgegaan in het landschap door de natuurlijke materialen en speciale houtvorm als Thermowood dat zich door het verhittingsproces nog maar 3% vocht bevat en hierdoor qua levensduur kan meten aan hardhout of bv. Red ceder, het verkleurt zeer natuurlijk grijsachtig. Zwevende vlonders en terrassen gaven een mooie extra verbinding met het water en bieden een comfortabele basis voor het recreëren in een duingebied. Een mooie nieuwe beleving voor de bezoeker. Rust, ruimte en de natuur als uitgangspunt. Het is idee van een ontwikkelaar als globaal idee, werd door ons kracht bij gezet mede door op de bebouwing groendaken aan te leggen. Hierdoor gaat het park nog verder op in het landschap.
Recreëren in de natuur werd een nieuwe dimensie in vakantieland, genieten van de eenvoud en het mooie wat de natuur ons biedt. En ‘natuurlijk’ werd er ook naar de inheemse fauna en flora extra aandacht gegeven aan het behouden en stimuleren van de biodiversiteit. Bijenkasten plaatsen, de waterkwaliteit waarborgen voor allerlei watervogels, insecten en kleine kruipers. En een niet te vergeten onderdeel maar essentieel voor bijvoorbeeld nachtdieren als vleermuizen werd de keuze voor verlichting en de toepassing hiervan met veel zorg ingezet. Klinkt heel simpel, maar verlichting werd niet omhoog maar naar beneden gericht om zo de vliegers niet te verblinden. En te storen in hun manier van leven. Olifantengras werd ingezet als natuurlijke voeding en bodembedekker en versnippert. Deze Miscanthus is een “houtachtig” meerjarig gewas dat na opgroei jaarlijks circa 3,5 meter hoog. Omdat het gewas steriel is plant het zichzelf voort door middel van rhizoomdeling.
De fotosynthese van Olifantengras lijkt overigens beter aangepast te zijn aan lagere temperaturen dan vele andere C4-gewassen, waardoor het gewas ook in ons klimaat in staat is veel biomassa te produceren. Wanneer het gewas volledig ontwikkeld is kan er jaarlijks 15 – 18 ton biomassa geoogst worden met een relatief laag vochtgehalte (circa 15%) omdat het Olifantengras dan ingedroogd is. En het neemt ook nog eens CO2 op vanuit de lucht.